- Hond die geschikt is voor baasjes met een beetje ervaring
- Uitgebreide training nodig
- Gaat graag actief wandelen
- Gaat graag een uur per dag wandelen
- Grote hond
- Een beetje kwijlen
- Moet wekelijks verzorgd worden
- Blaffende en spraakzame hond
- Waakhond. Blaft en waarschuwt
- Gaat goed samen met andere huisdieren
Persoonlijkheid
Berner Sennenhonden zijn opgewekte honden die graag bij alle aspecten van het gezinsleven worden betrokken. Het zijn echte gezelschapsdieren. Ze zijn liefdevol, geduldig en kunnen vooral goed met kinderen overweg, ze beschermen hen indien nodig. Ze moeten bij mensen zijn en voldoende liefde krijgen. Ze blaffen als ze onbekenden horen aankomen, maar worden snel weer rustig. Als ze op jonge leeftijd al kennis hebben gemaakt met katten en andere huisdieren, zullen ze die altijd accepteren.
Oorsprong
De Berner Sennen kan tot 2000 jaar terug worden getraceerd, toen de Romeinen Zwitserland (toen Helvetia) binnenvielen met hun veedrijvers en waakhonden. Waarschijnlijk werden de Romeinse mastiffs gekruist met honden die kuddes bewaakten en die goed bestand waren tegen het barre weer in de Alpen. Deze honden konden het temperament van de mastiffs verzachten. Berner Sennenhonden werden vervolgens gebruikt om wagens te trekken die geweven goederen of zuivel vervoerden tussen de dorpen.
Het belangrijkste gezondheidsprobleem van de Berner Sennenhond is verschillende agressieve kankersoorten waar ze vatbaar voor zijn. Daarom worden ze vaak niet erg oud. Net als de meeste rassen kan ook de Berner Sennenhond last krijgen van heupdysplasie (een afwijking die kan leiden tot mobiliteitsproblemen). Het is belangrijk om naar de heupscore te kijken voordat er wordt gefokt.
Ze mogen als puppy niet te veel beweging krijgen, zodat de botten en gewrichten goed kunnen groeien. Zodra ze een jaar oud zijn, mogen ze van de lijn af om vrij rond te rennen. Volwassen Berner Sennenhonden hebben ongeveer een uur beweging per dag nodig.
Honden van grote rassen hebben niet alleen een enorme eetlust, maar ze hebben ook voeding nodig met een andere verhouding van vitamines en mineralen. Dat is bijvoorbeeld belangrijk voor hun gewrichten en kraakbeen. Dit hondenras is ook vatbaarder voor een opgeblazen gevoel en maagproblemen. Je kunt het risico daarop wel minimaliseren door vaker kleine maaltijden aan te bieden.
Dagelijks borstelen wordt aanbevolen om klitten en overmatig verharen te voorkomen. Het haar tussen de zoolkussens moet regelmatig worden getrimd.
De meeste honden kunnen van nature goed opschieten met kinderen, maar het is toch belangrijk dat honden én kinderen leren hoe ze op een respectvolle manier met elkaar omgaan. Zorg ook dat er altijd een volwassene in de buurt is en laat honden en jonge kinderen altijd onder toezicht met elkaar spelen.