De mythe van 'hypoallergene' katten
Veel kattenliefhebbers zijn op zoek naar een optie waarmee ze een kat in hun huishouden kunnen introduceren en tegelijkertijd hun gevoeligheid voor kattenallergenen tot een minimum kunnen beperken.
Daarom denken velen dat 'hypoallergene' of allergeenvrije rassen een oplossing kunnen bieden. Er wordt vaak gedacht dat 'hypoallergeen' hetzelfde is als 'zonder allergenen', maar eigenlijk betekent het 'minder allergenen'. Hoewel sommige haarloze rassen worden beschouwd als de 'beste optie' voor mensen met kattenallergieën, bestaat er technisch gezien niet zoiets als een 100 procent hypoallergene kat.
Kattenhaar of huidschilfers zijn niet het probleem
Als je gevoelig bent voor kattenallergenen, kan het hebben van een hypoallergene kat die minder haar verliest, je kans om dagelijks te worden blootgesteld verminderen, maar het zal tranende ogen, niezen of keelpijn niet helemaal verbannen. En in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, is het niet het haar zelf dat de kern van het probleem vormt.
De primaire boosdoener voor 95% van alle volwassenen die gevoelig zijn voor kattenallergenen is een eiwit genaamd Fel d 1¹,². Dit eiwit wordt door alle katten geproduceerd als een natuurlijk onderdeel van hun fysiologie - de 'fel' is een afkorting voor feline (katachtig). Fel d 1, wat voornamelijk in de speekselklieren en de talgklieren wordt geproduceerd, wordt overgedragen op de vacht en huid als een kat zich wast. Vervolgens komt het allergeen via haren en huidschilfers in de omgeving terecht. De hoeveelheid vrijgekomen eiwit kan sterk variëren tussen katten en kan gedurende het jaar fluctueren.
Produceren sommige katten meer Fel d 1 dan andere?
Elke kat is uniek en daarom varieert het niveau van Fel d 1 dat ze produceren, net zoals het gevoeligheidsniveau van elke persoon voor deze allergenen anders is. De hoeveelheid Fel d 1 die in jouw gezin voor klachten kan zorgen is dus uniek voor jouw gezin.
Omdat hypoallergene katten niet bestaan adviseren wij je als je overweegt een kat te nemen, om met je gezin wat tijd met katten door te brengen in een asiel of bij een fokker voordat je je kat krijgt.
Er is geen 'one size fits all'-manier om de blootstelling aan kattenallergenen te beheersen, maar alle kleine beetjes helpen. Een combinatie van maatregelen werkt vaak het beste om allergenen in je huis te verminderen, hoewel de combinatie uniek is voor jouw levensstijl. Om je op weg te helpen, hebben we enkele tips samengesteld voor het beheren van kattenallergenen in huis die je misschien nuttig vindt.
1. Bonnet, B., Messaoudi, K., Jacomet, F., Michaud, E. Fauquert, J.L., Caillaud, D., & Evrard, B. (2018). An update on molecular cat allergens: Fel d1 and what else? Chapter 1: Fel d1, the major catallergen. Allergy, Asthma and Clinical Immunology, 14, 14. doi: 10.1186/s13223-018-0239-8.
2. Davila I, Dominguez-Ortega J, Navarro-Pulido A, Alonso, A.,Antolin-Amerigo, D., Gonzalez-Mancebo, E., Martin-Garcia, C., Nunez-Acevedo, B., Prior, N., …Torrecillas, M. (2018). Consensus document on dog and cat allergy. Allergy, 73(6), 1206-1222. doi:10.1111/all.13391.